Vier jaar na starten met voorziening werkt 39 procent zonder bijstand

Vier jaar na het starten met een re-integratie- of participatievoorziening, is 39 procent van de mensen aan het werk en niet langer afhankelijk van de bijstand. Dat meldt het CBS op basis van een onderzoek naar mensen die in het derde kwartaal van 2019 zijn gestart met een gemeentelijke voorziening.

Gemeentelijke re-integratie- en participatievoorzieningen worden elke maand aan zo’n 175.000 mensen verstrekt. Doel is deze mensen weer aan het werk te helpen. Een deel van deze voorzieningen is kortdurend, zoals hulp bij sollicitatie of een cursus. Gemeenten zetten in toenemende mate in op langdurige ondersteuning van werkzoekenden, werkenden en werkgevers, met instrumenten als jobcoaching en loonkostensubsidies.

In februari kwam uit onderzoek door Berenschot naar voren dat de voorziening loonkostensubsidie zichzelf dubbel en dwars terugverdient. Het advies van Divosa aan het toenmalige kabinet was dan ook te investeren in dit instrument. Chris Wallis, procesmanager Werk, participatie en arbeidsmarkt bij Divosa, licht toe: ‘De uitkomsten van de maatschappelijke kosten en batenanalyse voor loonkostensubsidie is glashelder, het levert winst op voor inwoners, de economie en de samenleving als geheel.’

De MKBA voor loonkostensubsidie maakt ook scherp inzichtelijk dat gemeenten investeren, maar de baten veelal buiten het gemeentelijk domein vallen, zoals bespaarde zorgkosten, uitkeringslasten en meer belastinginkomsten.

Wat vindt Divosa?

Divosa herkent de uitkomsten van het CBS en die laten zien dat inzet op ondersteuning en begeleiding bijdraagt aan de kans om aan het werk te komen en te blijven. Uit de Divosa Benchmark komt hetzelfde beeld naar voren. Divosa vraagt ook aandacht voor de aanzienlijke groep inwoners met bijstand die (nog) geen ondersteuning krijgt naar werk of maatschappelijke participatie. Hiervoor is te weinig geld, bleek uit eerder onderzoek.