Demografie: kabinet staat voor lastige keuzes

Demografie verdient een plek in het hart van het beleid. Dat schrijft minister Karien van Gennip (SZW) in een reactie op het rapport van de staatscommissie demografische ontwikkelingen. Het zittende, demissionaire kabinet maakt geen keuzes en laat dat over aan de volgende regeringsploeg. Wel komt de minister een brief met een reeks afwegingen om het gesprek te kunnen voeren.

In januari adviseerde de staatscommissie om te sturen op “gematigde groei” van de Nederlandse bevolking. De staatscommissie gaf aan dat op die manier de druk op de publieke voorzieningen, ruimte en sociale cohesie hanteerbaar blijft, terwijl het tegelijk ruimte biedt voor economische groei en andere aspecten van brede welvaart.

Rondetafelgesprekken

Naar aanleiding van het rapport zijn in de Tweede Kamer een reeks rondetafelgesprekken gehouden waaraan Divosa een bijdrage heeft geleverd. In een daarvan wees Divosa op de gevolgen van de bevolkingsgroei op de personele druk op het sociaal domein en de zorg. De rek raakt er steeds meer uit, zo staat in onze position paper, dus het zal anders moeten. Bijvoorbeeld door meer te sturen op wat inwoners kunnen, zodat ze minder snel op steun zijn aangewezen.

Integratie

In een ander rondetafelgesprek ging het om participatie en integratie van migranten. Daarbij wees Divosa onder meer op het belang van sociale cohesie, iets wat de minister in haar reactie ook benoemt, en de rol van de overheid daarbij in het bijzonder. Divosa heeft verder aandacht gevraagd voor het leren van taalvaardigheden om de integratie van migranten beter te laten slagen.

Arbeidsmarkt

Volgens minister Van Gennip staan Nederland de komende jaren voor lastige keuzes. Onder andere door de huidige krapte op de arbeidsmarkt zullen niet alle maatschappelijke wensen tegelijk vervuld kunnen worden, schrijft ze. Het nieuwe kabinet moet kiezen welke uitdagingen als eerste aangepakt worden. Laten we de generaties na ons niet opzadelen met een samenleving, waarin welvaart niet voor iedereen vanzelfsprekend is en diepe scheidslijnen zichtbaar zijn, aldus de bewindsvrouw.