Wi2013 en Wi2021 vergeleken: statushouders één jaar onderweg
In deze rapportage van de Divosa Benchmark Statushouders & Inburgering vergelijken we de groep statushouders die in 2021 inburgeringsplichtig zijn geworden onder de Wet inburgering 2013 (Wi2013) met de statushouders die in 2022 inburgeringsplichtig zijn geworden onder de Wet inburgering 2021 (Wi2021). Voor beide groepen gebruiken we december van het jaar waarin zij inburgeringsplichtig zijn geworden als meetmoment.
Over de Divosa Benchmark
De Divosa Benchmark is een samenwerking van Divosa, Stimulansz en BMC Onderzoek. De Divosa Benchmark bestaat uit drie benchmarks: Werk & Inkomen, Armoede & Schulden en Statushouders & Inburgering. De informatie uit deze benchmarks hangt nauw met elkaar samen. Met de benchmarks kunnen gemeenten hun resultaten meten en vergelijken met andere gemeenten. Van elkaar leren en de uitvoering verbeteren staan hierin voorop.
Meer weten of deelnemer worden? Kijk op www.divosa-benchmark.nl.
Contactpersoon
Wi2013 en Wi2021 vergeleken: statushouders één jaar onderweg
Laatste update: 10 december 2024Inleiding
In deze rapportage van de Divosa Benchmark Statushouders & Inburgering vergelijken we de groep statushouders die in 2021 inburgeringsplichtig is geworden onder de Wet inburgering 2013 (Wi2013) met de statushouders die in 2022 inburgeringsplichtig zijn geworden onder de Wet inburgering 2021 (Wi2021). Voor beide groepen is december van het jaar waarin zij inburgeringsplichtig zijn geworden het meetmoment.
In de rapportage 'Wi2013 en Wi2021 vergeleken: statushouders één jaar onderweg' vind je cijfers over achtergrondkenmerken, bijstand, werk en onderwijs.
Wi2021
In de Divosa Benchmark Statushouders & Inburgering volgen we de statushouders die inburgeringsplichtig zijn (of zijn geweest) onder de Wi2021. Tot statushouders rekenen we alle mensen die een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde of onbepaalde tijd hebben ontvangen van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND), inclusief nareizigers en gezinsherenigers. Daarnaast volgen we in de Benchmark de hele groep statushouders die vanaf 2022 een verblijfsvergunning asiel heeft gekregen. We sluiten aan bij de Statistiek Wet inburgering (Swi). Dit betekent dat kinderen jonger dan 18 jaar en pensioengerechtigden niet zijn meegenomen in de bepaling van de populatie.
De cijfers in de Benchmark hebben alleen betrekking op de statushouders die gevestigd zijn in een gemeente. Statushouders in de COA-opvanglocaties worden niet in de cijfers meegenomen.
In deze publicatie zijn de cijfers van gezins- en overige migranten niet meegenomen. In de eerdere Benchmark-publicatie 'Inburgeraars onder Wet inburgering 2021' geven we een overzicht van de groep statushouders én gezinsmigranten.
Wi2013
In de Divosa Benchmark Statushouders & Inburgering volgen we ook de statushouders die inburgeringsplichtig zijn geworden onder de Wi2013. Hierbij hanteren we de volgende populatiebepaling: Onder de groep statushouders worden alle mensen verstaan die een verblijfsvergunning hebben ontvangen op grond van een asielverzoek. Ook gezinsleden die als zogeheten ‘nareiziger’ naar Nederland zijn gekomen of via reguliere gezinshereniging bij een statushouder verblijf hebben gekregen, vallen onder de groep 'statushouders'.
In de Benchmark zijn statushouders die inburgeringsplichtig zijn geworden vanaf 2014, in beeld gebracht. Ook zijn bij sommige indicatoren overige statushouders toegevoegd, bijvoorbeeld 0 - 17-jarigen en pensioengerechtigden. Deze laatste twee groepen zijn niet meegenomen bij de populatiebepaling van de statushouders die vallen onder de Wi2021.
Alle cijfers in deze publicatie zijn gebaseerd op het totaal van cijfers over de 35 arbeidsmarktregio’s. Zo zijn cijfers van alle gemeenten meegenomen voor de landelijke overzichtscijfers. Door het CBS is een actualisatie op de cijfers van cohort 2022 (Wi2021) uitgevoerd. In het voorjaar van 2025 komen geüpdatete data in de Divosa Benchmark Statushouders & Inburgering beschikbaar, samen met cijfers over 2023.
Over de Divosa Benchmark
De Divosa Benchmark is een samenwerking van Divosa, Stimulansz en BMC Onderzoek. De Divosa Benchmark bestaat uit drie benchmarks: Werk & Inkomen, Armoede & Schulden en Statushouders & Inburgering. De informatie uit deze benchmarks hangt nauw met elkaar samen. Met de benchmarks kunnen gemeenten hun resultaten meten en vergelijken met andere gemeenten. Van elkaar leren en de uitvoering verbeteren staan hierin voorop.
Meer weten of deelnemer worden? Kijk op www.divosa-benchmark.nl.
1. Achtergrondkenmerken
Aantallen
Cohort 2021 is het laatste cohort van statushouders die vallen onder de Wi2013 . Deze mensen zijn in 2021 in de gemeente komen wonen. Eind december 2021 vallen 9560 statushouders in dit cohort.
Cohort 2022 is het eerste cohort van statushouders die vallen onder de Wi2021. Eind december 2022 vallen 10.585 statushouders in dit cohort.
Herkomst
Gemiddeld 58% van de statushouders die vallen in cohort 2021 onder de Wi2013, heeft de Syrische nationaliteit. De op een na grootste groep betreft statushouders uit Eritrea. Zij vertegenwoordigen gemiddeld 16% van de statushouders.
Ook bij statushouders die vallen in cohort 2022, heeft het merendeel de Syrische nationaliteit (48%). Van 31% is de herkomst onbekend. Uit het Dashboard Statistiek Wet Inburgering (CBS) blijkt dat deze categorie een groot aandeel Turkse en Jemenitische statushouders bevat. 7% komt uit Eritrea. We zien dus wijzigingen in de herkomst van statushouders.
Plaats in het huishouden
Ruim een derde van de statushouders in cohort 2022 (Wi2021) is een partner in een paar met kinderen. Een kwart is alleenstaand en 21% is een thuiswonend kind ouder dan 18 jaar.
Van de statushouders in cohort 2021 (Wi2013) ligt het percentage dat onderdeel van een paar met kinderen vormt, tussen de 24% en 33% per arbeidsmarktregio. Het aandeel alleenstaande statushouders loopt uiteen van 10% tot 28% per arbeidsmarktregio.
Leeftijd
De leeftijdsverdeling binnen cohort 2021 (Wi2013) en cohort 2022 (Wi2021) is nagenoeg gelijk.
Geslacht
Bij statushouders uit cohort 2022 is de verdeling man/vrouw met 50% gelijk. Bij de cohorten onder Wi2013 was deze verdeling wisselend, maar steeds een groter deel van de groep bestond uit mannen (58-68%).
2. Bijstand
Statushouders met bijstandsuitkering
In cohort 2022 (Wi2021) is 80% van de statushouders eind 2022 afhankelijk van een bijstandsuitkering. Van de statushouders in cohort 2021 (Wi2013) heeft 75% eind 2021 een bijstandsuitkering.
Percentage statushouders ten opzichte van totaal bijstandsgerechtigden
Statushouders onder de Wi2013 maken eind 2021 ongeveer 15% uit van het totale bijstandsbestand. Het gaat hier om alle mensen die zich sinds 2014 als statushouder in Nederland gevestigd hebben. De groep statushouders uit cohort 2021 onder Wi2013 vormt eind 2021 1,6% van de totale bijstandspopulatie. De groep statushouders onder de Wi2021 maakt eind 2022 1% uit van het totaal bijstandsgerechtigden. De totale groep statushouders onder Wi2013 maakt eind 2022 20% uit van het bijstandsbestand.
Gemiddeld genomen is eind 2022 ruim een vijfde van de bijstandsontvangers een statushouder (of een statushouder geweest). Per arbeidsmarktregio verschillen deze percentages. Zo liggen de percentages in noordelijke arbeidsmarktregio's en die van de drie grootste steden lager, met respectievelijk 11% en 10%. Op gemeenteniveau zien we een grotere spreiding, van 0 tot 35%.
Percentage statushouders met bijstand en werk
Voor de statushouders onder de Wi2021 geldt dat slecht 2% van de personen met een bijstandsuitkering ook inkomsten heeft uit werk. Het gaat nog om kleine aantallen per arbeidsmarktregio, van 0 tot maximaal 25 personen. Kijken we naar de totale populatie statushouders onder de Wi2013 (cohort 2014 - 2022), dan gaat het gemiddeld om 11% van de statushouders met een bijstandsuitkering.
Het aandeel statushouders met een bijstandsuitkering dat ook parttime werkt, varieert aanzienlijk per arbeidsmarktregio: van 6% tot 32%. Het is interessant om te zien of dit onder de Wi2021 vergelijkbaar blijft.
3. Werk
Van de statushouders uit cohort 2021 is 14% aan het werk. Bij cohort 2022 ligt dit percentage op 11%. Van de mannelijke statushouders onder de Wi2021 is eind 2022 15% aan het werk. Voor vrouwelijke statushouders is dat 6%. Als we kijken naar alle statushouders onder de Wi2013, dan zien we dat eind 2022 47% van de mannen aan het werk is en 21% van de vrouwen. Aangezien deze groep bestaat uit mensen die tussen 2014 en 2022 naar Nederland zijn gekomen, verwachten we dat de percentages voor cohort 2022 onder de Wi2021 nog toenemen.
Arbeidsvolume
Bij de statushouders onder de Wi2021 valt op dat de mensen die werken, meestal geen voltijdbaan hebben. Bijna 80% van de werkende statushouders heeft een baan kleiner dan 0,8 fte. Waarschijnlijk verandert dit naarmate de statushouders langer in Nederland zijn.
Als we kijken naar de totale groep statushouders onder Wi2013 (cohort 2014 - 2022), dan zien we dat 45% van de werkende statushouders eind 2021 een baan kleiner dan 0,8 fte heeft.
4. Onderwijs
In cohort 2021 volgt 23% van de statushouders onderwijs. In cohort 2022 ligt dit percentage op 21%.
Colofon
Divosa
Aidadreef 8 | 3561 GE Utrecht
Postbus 9563 | 3506 GN Utrecht
T 030 - 233 23 37
E info@divosa.nl
www.divosa.nl
Auteurs
Angid Pons, BMC
Larissa van Es, Divosa
Waling Koning, Stimulansz (data-analyse)
Webredactie
Remco van Brink, Divosa