Overslaan en naar de inhoud gaan

Factsheet statushouders: rapportage werk, onderwijs en inburgering 2021

Laatste update:

3 Werk inburgeringsplichtige statushouders

3.2 Mannen vaker aan het werk

Mannelijke statushouders zijn vaker aan het werk dan vrouwelijke statushouders. Van alle mannelijke statushouders werkt 45,1%. Bij vrouwelijke statushouders ligt dit percentage op 15%. Ook zien we dat bij vrouwen de stijging van het aandeel werkenden beperkter is. Eind 2018 werkte 5,6% van de vrouwelijke statushouders. Bij mannen lag dit percentage toen op 31,7%.

Uit onderzoek van het Kennisplatform Integratie en Samenleving blijkt dat er verschillende redenen zijn waarom de arbeidsparticipatie van vrouwelijke statushouders achterblijft bij die van mannen. Ten eerste zien gemeenten dat mannen kansrijker zijn op de arbeidsmarkt; ze zijn vaak al wat langer in Nederland en hebben over het algemeen meer werkervaring in het land van herkomst. Als de man eenmaal aan het werk is en het echtpaar daardoor uit de bijstand komt, verdwijnt ook de vrouw uit beeld bij de gemeente.

Ook traditionele rollenpatronen kunnen een rol spelen bij de keuze om de vooral de man aan het werk te helpen. Uit gesprekken met vrouwelijke statushouders bleek dat zij wel gemotiveerd zijn om te werken, maar dat zij eerst een stabiele situatie voor hun gezin willen creëren voordat zij die stap willen zetten. Ook blijkt dat zij soms meerdere tussenstappen nodig hebben om aan het werk te komen. Hun arbeidstoeleiding meestal met een uitgebreid traject gericht op de vraag ‘wat zijn eigenlijk mijn talenten en mogelijkheden?’. Het rapport geeft gemeenten verschillende tips over hoe zij de arbeidstoeleiding van vrouwelijke statushouders kunnen inrichten.