Overslaan en naar de inhoud gaan

Verslag symposium rond propositie

Laatste update: 31 januari 2024

Alletta Winsemius 'Gezondheid is geen doel op zich, maar een uitkomst'

De gezondheidsverschillen in Nederland zijn onthutsend groot, concludeert Aletta Winsemius van de Raad voor Volksgezondheid & Samenleving (RVS). Als senior adviseur schreef ze mee aan het rapport Een eerlijke kans op een gezond leven. Een complex thema dat onlosmakelijk verbonden is met bestaans(on)zekerheid en kansenongelijkheid. Op het Divosa-symposium deelde Winsemius inzichten uit onderzoek: waar komen de verschillen vandaan en hoe lossen we ze op?

Gezondheidsverschillen worden vaak gekoppeld aan opleiding en inkomen, ziet Winsemius. Maar wat maakt nu dat iemand een goede of slechte gezondheid heeft? Een eetprobleem bijvoorbeeld kan het gevolg zijn van stress of geldgebrek. Met andere woorden, het staat niet altijd op zichzelf. Hoe dat werkt, legt Winsemius uit aan de hand van het zogeheten regenboogmodel. In de kern zitten de persoonsgebonden factoren (de plek waar je wieg staat, je genetische aanleg, je leeftijd). De boog daaromheen vormt je individuele leefstijl. Daaromheen zit de boog van je sociale netwerk. (‘Niet te onderschatten’). De buitenste en tevens grootste boog vormen de sociaaleconomische factoren. ‘Denk aan werk, de plek en staat van je huis, je toegang tot zorg.’ 

Voorlichting heeft nauwelijks effect

Tegelijkertijd zien we dat gezondheidsbeleid vaak gaat over voorlichting; mensen leren hoe ze zich moeten aanpassen naar een gezonde leefstijl. Terwijl uit onderzoek blijkt dat het bijbrengen van kennis en vaardigheden maar weinig invloed heeft op de (mentale en ervaren) gezondheid van mensen. Veel meer invloed op gezondheid heeft de sociale zekerheid: steun waarop mensen kunnen terugvallen als ze even niet voor zichzelf kunnen zorgen. Als die steun er niet is, heeft dat grote impact op gezondheid. Helaas is er niet simpelweg een knop waaraan je kunt draaien. ‘Factoren beïnvloeden elkaar in positieve of negatieve zin’, vertelt Winsemius. ‘Bij sommige groepen in de samenleving hopen ze op en werken ze langer door.’

Doen we wel het goede?

Achter gezondsheidsproblemen kunnen dus allerlei andere problemen schuilgaan. Wat zou je dan moeten doen, het regenboogmodel indachtig? De adviseur somt op: ‘Zorg ervoor dat de bijstandsuitkering hoog genoeg is om van te leven, dat kinderen zich op school kunnen ontwikkelen naar vermogen. Als daar een schoolontbijt voor nodig is, regel dat.’ Maar, waarschuwt ze, pas op met generieke maatregelen. ‘Degenen voor wie zulke maatregelen zijn bedoeld, profiteren er lang niet altijd van.’

Gezondheid is geen doel, maar een uitkomst

‘De laatste tijd gaat het in de Haagse torens vaak over health in all policies.’ Winsemius zucht. ‘Dan wordt er aan allerlei domeinen een gezondheidsambtenaar toegevoegd, maar dat werkt niet. Gezondheid is geen doel op zich. Beschouw die als uitkomst.’ Wat werkt wel? Laat zien aan mensen in andere sectoren dat het werkt als ze aandacht hebben voor gezondheid. Bijvoorbeeld omdat gezonde werknemers meer aan kunnen.’ Health for all policies dus.

Kijk breder dan de zorg

Hardnekkige en langdurige achterstanden laten zich niet terugdringen door enkelvoudige en kortdurende interventies. Richt je beleid op de lange termijn, is dan ook het advies. ‘Denk bij beleid aan ten minste 15 jaar.’ Winsemius begrijpt dat dat lastig is met de politieke cyclus, maar alleen dan kun je effecten zien. Dat het kan, blijkt uit het Nationaal Programma Rotterdam-Zuid. Hier is gezondheid ook geen doel op zich, maar een gehoopte uitkomst. De RVS adviseert: werk eerst de grootste achterstanden weg, kijk breder dan de zorg en formuleer gemeenschappelijke doelen over sectoren en departementen heen. Dus óók over de muurtjes van gemeentelijke afdelingen.

Luister echt

Er moet een hoop veranderen, beseft de onderzoeker. Bovendien gaat het om zulke grote veranderingen, die zijn niet morgen geregeld. Toch kunnen we allemaal meteen aan de slag. Hoe? ‘Door goed te luisteren, de vragen van mensen écht te horen. En door te vragen: wat heb jij nodig?’ Ze besluit met een citaat van epidemioloog Michael Marmot: ‘Do something, do more, do better.’ Als je iets doet, doe het meer, en doe het beter. Dat devies kan niemand naast zich neerleggen.

Arletta Winsemius tijdens het symposium van Divosa.

SER: Maak meer werk van gezondheid als onderdeel van bestaanszekerheid

Een slechte gezondheid heeft vaak maatschappelijke oorzaken: geldgebrek, een lage opleiding of bijvoorbeeld ontslag. Maar het omgekeerde geldt net zo: mensen met een goede gezondheid kunnen in de samenleving meer betekenen. Ze kunnen meedoen op de arbeidsmarkt en maken Nederland zo veerkrachtiger. En ze blijven langer leven, in goede gezondheid.

In een briefadvies dat de SER gisteren uitbracht, wordt het kabinet oproepen om sociaal-economische gezondheidsverschillen te verkleinen en daarbij ook goed te kijken naar de maatschappelijke oorzaken, met extra aandacht voor mensen in een kwetsbare positie. ‘Gezondheidsbevordering is belangrijk voor het welzijn en (financiële) onafhankelijkheid van mensen nú en voor toekomstige generaties.’

In het advies pleit de SER voor aandacht aan gezondheid op alle beleidsterreinen. Het advies onderstreept het belang van bestaanszekerheid om een gezond leven te kunnen leiden. De SER pleit verder voor het versterken van gebiedsgerichte programma’s: dat betekent voorrang geven aan kwetsbare regio’s en wijken om de kansen op gezond leven in deze gebieden te verbeteren.