Overslaan en naar de inhoud gaan

De Benchmark onderzoekt: man-vrouwverschillen bij de inzet van voorzieningen binnen de Participatiewet

Laatste update: 03 juli 2024

Inleiding

De Participatiewet heeft tot doel dat meer mensen werk vinden en behouden, ook mensen met een arbeidsbeperking. Gemeenten hebben de taak om ondersteuning en begeleiding te bieden richting werk aan mensen met arbeidsvermogen. Is werk nog niet haalbaar, dan wordt begeleiding naar participatie aangeboden. Tegelijkertijd biedt de Participatiewet een financieel vangnet om de periode te overbruggen waarin iemand niet in zijn eigen levensonderhoud kan voorzien. 

Gemeenten bieden verschillende voorzieningen aan in de begeleiding naar werk of participatie. In deze publicatie van de Divosa Benchmark Werk & Inkomen, een samenwerking van Divosa, Stimulansz en BMC Onderzoek,  gaan we achtereenvolgens in op:

  • de situatieschets: hoeveel mannen en vrouwen in de bijstand maken gebruik van een re-integratie- of participatievoorziening?
  • het type re-integratievoorzieningen: wie gebruikt welke voorzieningen?
  • mogelijke verklaringen: waarom hebben vrouwen minder voorzieningen dan mannen?
     

Gendersensitiviteit 

Gendersensitiviteit is niet alleen van belang in de screeningsfase, maar ook bij de begeleiding daarna. Arbeidstoeleiding van mannen en vrouwen hoeft in principe niet te verschillen, zeker ook omdat vrouwen met een afstand tot de arbeidsmarkt geen homogene groep vormen. Het verdient aanbeveling in de begeleiding gendersensitief te werk te gaan. Dat kan door rekening te houden met gendergerelateerde factoren en je bewust te zijn van eventuele (eigen) aannames over de mogelijkheden en wensen van bijvoorbeeld vrouwelijke statushouders. 

De heterogeniteit van de groep vrouwen met een afstand tot de arbeidsmarkt vraagt om een persoonsgerichte benadering waarin hun achtergrondkenmerken, wensen en verwachtingen worden meegenomen. Zeker voor vrouwen die geen opleiding of werkervaring hebben, is het belangrijk aandacht te hebben voor het ontdekken en ontplooien van competenties. 

Op het moment dat er een grote afstand tot de arbeidsmarkt is, zijn er specifieke maatregelen nodig. Dit is het geval wanneer er genderspecifieke belemmeringen zijn, zoals een traditionele rolopvatting waarbij de vrouw thuis dient te blijven. In dat geval kan activering het startpunt van de arbeidstoeleiding zijn. (1)

Voetnoot

  1. Bron: Re-integratie van vrouwen met een afstand tot de arbeidsmarkt (Verwey-Jonker Instituut, januari 2020)