Overslaan en naar de inhoud gaan

Factsheet Bijzondere bijstand

Laatste update: 28 mei 2024

2. Ontwikkelingen binnen de bijzondere bijstand

2.2 Andere relevante ontwikkelingen

Bijzondere bijstand wordt gezien als een belangrijke voorziening om armoede tegen te gaan. Het staat echter niet op zichzelf. Zoals aangegeven staat het in interactie met andere voorzieningen en worden kosten alleen vergoed als ze noodzakelijk zijn en er geen andere mogelijkheden zijn om ze te bekostigen. Hieronder staan een aantal ontwikkelingen die samenhangen met de positie van de bijzondere bijstand.

  • De komst van voedselbanken:
    • In 2002 opende de eerste voedselbank in Nederland.
    • Inmiddels zijn er 177 voedselbanken over heel Nederland.
       
  • De oprichting van Jeugdfonds Sport & Cultuur en andere fondsen: 
    • In 1999 is het Jeugdsportfonds opgericht in Amsterdam, waarna andere jeugdsportfondsen in Nederlanden volgden.
    • Het Jeugdcultuurfonds is in 2009 opgericht.
    • In 2018 zijn het Jeugdsportfonds en Jeugdcultuurfonds gefuseerd.
    • In 2010 oprichting Stichting Jarige Job.
    • Stichting Nationaal Fonds Kinderhulp bestaat al sinds 1959.
    • Bovenstaande fondsen en Leergeld Nederland zitten sinds 2019 samen in het samenwerkingsverband Sam& om zo de doelgroep beter te kunnen bereiken.
    • Sinds 2017 krijgen zij structurele financiering vanuit de Klijnsma-gelden (zie hieronder).
       
  • De oprichting van Stichtingen Leergeld:
    • In 2004 is de Vereniging van Stichtingen Leergeld opgericht. Er waren toentertijd twintig lokale stichtingen Leergeld die zich verenigden. 
    • Op dit moment zijn er 112 stichtingen Leergeld. 
       
  • De komst van de landelijke toeslagen:
    • Sinds 2005 zijn de landelijke toeslagen via de Belastingdienst/Dienst Toeslagen geïntroduceerd. 
    • In 2005 de kinderopvangtoeslag, in 2006 de huur- en zorgtoeslag en in 2008 de kindertoeslag, die in 2009 overging in het kindgebonden budget.
       
  • Introductie gratis schoolboeken:
    • Sinds 1 augustus 2009.
    • De scholen kopen het lesmateriaal in en stellen dat gratis beschikbaar aan de leerlingen. Hiervoor krijgen zij een vergoeding vanuit het Rijk. 
    • Voor die tijd kochten of huurden ouders zelf schoolboeken. Een deel van de ouders kregen via de Wtos een tegemoetkoming in de kosten hiervan.
       
  • De afschaffing van landelijke tegemoetkomingen voor chronisch zieken:
  • Structurele financiering voor het tegengaan van kinderarmoede:
    • Sinds 1 januari 2017 heeft het Rijk jaarlijks 100 miljoen euro per jaar beschikbaar gesteld voor het tegengaan van kinderarmoede (‘de Klijnsmagelden’).
    • Van dit bedrag is 85 miljoen via een decentralisatie-uitkering aan de gemeenten beschikbaar gesteld. Zij moesten dit besteden aan kinderen, waarbij de gemeenten vrij waren in de manier waarop.
    • 14 miljoen was bedoeld voor de maatschappelijke organisaties zoals die nu in Sam& verenigd zijn (Jeugdfonds Sport & Cultuur, Stichting Leergeld, Stichting Jarige Job en Fonds Kinderhulp)

Met de komst van de Participatiewet – en het wegvallen van de categoriale bijzondere bijstand – stimuleerde het kabinet Rutte II wel het behoud en de inzet van stadspassen voor maatschappelijke, sportieve en/of culturele activiteiten. Dit werd namelijk gezien als een manier om het gebruik van voorzieningen en deelname aan activiteiten te stimuleren, in plaats van inkomensondersteuning. De afgelopen tien jaar zijn er jaarlijks (extra) (structurele) middelen vanuit het Rijk naar de gemeenten gegaan voor het armoede- en schuldenbeleid.