Overslaan en naar de inhoud gaan

Handreiking Inburgeringsplichtige gezinsmigranten

Laatste update:

Inleiding

Het doel van de Wet inburgering 2021 is dat inburgeringsplichtigen zo snel mogelijk meedoen in Nederland. En dat ze daarnaast zo snel mogelijk werk vinden. De wet is van toepassing op statushouders en gezinsmigranten, maar de taken die de gemeente onder deze wet per doelgroep heeft, verschillen. Van gezinsmigranten wordt (meer) zelfredzaamheid op basis van het sociale netwerk verwacht. In 2020 bestond de groep nieuwe inburgeringsplichtigen voor ongeveer de helft uit gezinsmigranten.

Deze handreiking zoomt in op de groep gezinsmigranten, hun kenmerken en de manieren waarop gemeenten invulling kunnen geven aan hun verantwoordelijkheden voor gezinsmigranten. We zijn ons ervan bewust dat gemeentegrootte en het aantal inburgeringsplichtige gezinsmigranten sterk van invloed zijn op de mogelijkheden van gemeenten om werkprocessen en (extra) ondersteuningsaanbod speciaal voor gezinsmigranten in te richten. De handreiking bevat daarom praktische tips en inspirerende voorbeelden die in de begeleiding van gezinsmigranten kunnen worden toegepast.

Voor deze handreiking is gebruik gemaakt van de aanpak en eerste ervaringen van de gemeenten Amsterdam en Rotterdam met de begeleiding van gezinsmigranten in de inburgering.

Meer informatie

Je kunt deze handreiking lezen naast de handreiking Brede intake en Plan Inburgering Participatie (PIP), waarin wordt uitgelegd hoe gemeenten deze twee belangrijke onderdelen van de Wet inburgering 2021 op een goede manier kunnen organiseren. Andere (achtergrond)informatie is te vinden in de Memorie van Toelichting bij de Wet inburgering 2021 en in de Evaluatie VOI pilot Vrouwelijke nareizigers en gezinsmigranten.

Leeswijzer

In hoofdstuk 1 schetsen we eerst de rol en taken die gemeenten hebben bij de inburgering van gezinsmigranten en in hoofdstuk 2 zoomen we in op de gezinsmigranten en de wettelijke kaders waarmee zij te maken krijgen. De daaropvolgende hoofdstukken gaan in op de vraag hoe gemeenten invulling moeten en kunnen geven aan het aanbod en de begeleiding van gezinsmigranten in de inburgering. Zo beschrijft hoofdstuk 3 de start van de begeleiding, gaat hoofdstuk 4 over de brede intake en het PIP, hoofdstuk 5 over de begeleiding bij de inburgering en hoofdstuk 6 tot slot over het belang van een sluitende aanpak en samenwerkingspartners.