Overslaan en naar de inhoud gaan

Handreiking briefadressen en het voorkomen van dakloosheid

Laatste update:

4 Proces in de praktijk: casuïstiek

4.1 De bankslaper

Iemand verblijft in de praktijk bij (verschillende) kennissen, maar kan zich daar niet inschrijven. Die kennissen zijn bijvoorbeeld bang dat dan de kostendelersnorm gaat gelden, dat hun toeslagen worden gekort of dat ze problemen krijgen van schuldeisers van de briefadresaanvrager. Ook kan het voorkomen dat de hoofdbewoner problemen krijgt met de eigenaar als er een (extra) inschrijving op het adres plaatsvindt, dit is vaak het geval bij studenten- of seniorenwoningen.

Voorbeeldcasus

In een gemeente meldt een jonge vrouw zich voor een briefadres. Zij staat op de wachtlijst voor de maatschappelijke opvang, maar daar is nog geen plek. Kennissen bieden haar aan dat ze bij hen mag logeren zolang ze op de wachtlijst staat, maar ze mag zich daar niet inschrijven. De kostendelersnorm speelt hier geen rol, de kennissen zien vooral op tegen bezoek van deurwaarders en het ontvangen van aanmaningen op hun adres. 

Effect van gemeentelijk beleid

naar de letter van de wet is hier sprake van een woonadres, aangezien de jonge vrouw (tijdelijk) op één adres verblijft. Als gemeenten de jonge vrouw op basis hiervan (desnoods ambtshalve) met een woonadres inschrijven op het adres van haar kennissen, dan kan er een situatie ontstaat waarin de jonge vrouw dakloos is tot ze in de maatschappelijke opvang terecht kan, omdat ze dan niet langer bij haar kennissen mag verblijven. Ook de adresinschrijving klopt dan direct niet meer.

De situatie kan leiden tot een verergering van de sociaal maatschappelijke problemen van deze vrouw: meer schulden, afnemen van gezondheid en verlies van haar werk.

Het is aan te raden om een dergelijke casus te bespreken in een multidisciplinaire werkgroep. Zo gebeurde ook in de gemeente Haarlem, waar deze casus plaatsvond. De gemeente besloot een uitzondering te maken en haar een briefadres toe te kennen. Ze kreeg daarnaast professionele begeleiding bij het regelen van haar schulden aangeboden.

Wanneer angst voor verlies van de uitkering of toeslagen de enige belemmering is om op een woonadres in te schrijven, gaan gemeenten hier niet zomaar in mee. In dat geval geven gemeenten er de voorkeur aan in te schrijven met een woonadres, en indien noodzakelijk nadelige consequenties voor de uitkering van de hoofdbewoner te ondervangen met een uitzondering op de kostendelersnorm in de Participatiewet. 'Dat de hoofdbewoner dan gekort wordt op de uitkering is geen reden om iemand niet in te schrijven. Tegelijkertijd wil je iemand niet in een lastig parket brengen. Wij leggen dat dan voor aan het multidisciplinair team, met het advies wel in te schrijven, en de kostendelersnorm niet toe te passen.'

Toepassing van het afwegingskader

wanneer een bankslaper een vaste logeerplek heeft, maar deze locatie niet kan of wil gebruiken als woonadres, is er nadere diagnostiek nodig. Neem vanuit Burgerzaken allereerst contact op met Werk & Inkomen en maatschappelijk partners. Vaak is de bankslaper wel bij één of meer instanties bekend. Samen met deze partners kan de gemeente een inschatting maken of inschrijving op de verblijfslocatie leidt tot (vergaande) persoonlijke consequenties. Zo kan inschrijven met een woonadres ertoe leiden dat iemand het logeeradres kwijtraakt. Als dat het geval is, kan inschrijven met een briefadres noodzakelijk zijn. Daarvoor dienen gemeente en partners eerst te beoordelen of er een andere manier waarop deze consequenties te voorkomen zijn, bijvoorbeeld door de kostendelersnorm niet toe te passen. Is dat niet het geval, dan kan als tijdelijke uitzondering een briefadres worden verstrekt.

Wanneer iemand op meerdere adressen verblijft of, zoals in de voorbeeldcasus, tijdelijk bij kennissen verblijft maar daar niet langdurig wil blijven, zou de gemeente na overleg met maatschappelijk partners ook kunnen oordelen dat de gemeente verwacht dat er in de komende drie maanden geen vaste woon- of verblijfplaats is, om op grond daarvan een briefadres te verstrekken.

Onveilige situatie

De situatie kan extra precair worden wanneer er sprake is van een afhankelijkheidsrelatie tussen de bankslaper en het logeeradres. Bespreking in een multidisciplinair team brengt dit regelmatig aan het licht. Wanneer dan wordt ingeschreven met een woonadres, kan dit de uitbuitingssituatie versterken. Overigens kan niet alleen de briefadresnemer, maar ook de briefadresgever slachtoffer worden van een uitbuitingssituatie. Bijvoorbeeld wanneer een kind van middelbare leeftijd weer bij de gepensioneerde ouders woont en deze hem niet op straat durven of kunnen zetten, maar wel benadeeld worden wanneer hun kind bij hen wordt ingeschreven (bijvoorbeeld doordat zij in een seniorenwoning wonen, waar deze inschrijving niet is toegestaan). Wanneer de gemeente signaleert dat de veiligheid van één van de betrokkenen in gevaar is, kan de gemeente op grond daarvan bij uitzondering een briefadres verstrekken.