Overslaan en naar de inhoud gaan

Handreiking maatwerk Participatiewet bij verblijf in en uitstroom uit instellingen

Laatste update:

Inleiding

Voor het terugdringen van dakloosheid zet het Rijk in op een scala van maatregelen op het gebied van preventie, begeleiding en wonen, deels in het systeem en deels in de uitvoering. Preventie van dakloosheid kan worden verbeterd door het proces rond de uitstroom uit instituties te verbeteren. Onderzoek toont aan dat uitstroom uit een instelling een groot risico op dakloosheid met zich meebrengt, zeker als niet voldaan is aan de nodige bestaanszekerheid. Het zo soepel mogelijk laten verlopen van de uitstroom is dan ook van belang.

In de brede aanpak van dakloosheid is een van de doelstellingen dat alle gemeenten voorkomen dat dak- en thuisloosheid plaatsvindt na uitstroom uit een institutie (bijvoorbeeld Jeugdzorg (18-/18+), ggz-instelling en na detentie). Het kabinet stimuleert gemeenten om in samenwerking met woningcorporaties, cliëntenorganisaties, zorgaanbieders en andere relevante partijen, (aangescherpte) concrete bestuurlijke en uitvoeringsafspraken te maken en implementeren.

Divosa heeft in september 2020 de handreiking Maatwerk Participatiewet voor dak- en thuisloze jongeren gepubliceerd. Daarin is beschreven op welke manier maatwerk kan worden toegepast met betrekking tot de jongerennorm, de zoekperiode van vier weken en de kostendelersnorm. Doel van het maatwerk is in deze gevallen het voorkomen en terugdringen van dak- en thuisloosheid.

In vervolg hierop wordt in deze handreiking beschreven welke maatwerkmogelijkheden er zijn binnen de Participatiewet bij verblijf in en uitstroom uit detentie, een jeugdinstelling of een ggz-instelling. Ook hier is het doel van het maatwerk het voorkomen van dakloosheid.

Eind november 2021 publiceerde Divosa daarnaast de handreiking Briefadressen en het voorkomen van dakloosheid.

Bronnen

De handreikingen van Divosa zijn gebaseerd op literatuurstudie en onderzoek naar de praktijk. Voor deze handreiking is een literatuurstudie gedaan naar de wettelijke mogelijkheden in wet- en regelgeving en kamerstukken die de Participatiewet biedt. In de bijlagen is een literatuuroverzicht opgenomen. Daarnaast zijn interviews gehouden met ervaringsdeskundigen en professionals die in hun dagelijkse werk met deze problematiek in aanraking komen. Het gaat daarbij om ervaringsdeskundigen en medewerkers (projectleiders, uitvoerders en beleidsmedewerkers) van gemeenten die betrokken zijn bij detentie. Welke knelpunten ervaren de verschillende groepen en welke oplossingen worden door gemeenten toegepast?

Leeswijzer

Er kunnen in iemands leven dingen gebeuren waardoor iemand voor korte of lange tijd niet in de eigen woning kan wonen. Soms leidt dit tijdelijk verblijf buiten de eigen woning tot problemen met de bijstandsuitkering.

Deze handreiking gaat in op de financiële problemen die kunnen ontstaan in relatie tot een bijstandsuitkering bij uitstroom uit instellingen.

De handreiking start met detentie in hoofdstuk 1. Na een schets van het knelpunt en het wettelijk kader, wordt een aantal mogelijke oplossingen vanuit de Participatiewet benoemd. In hoofdstuk 2 komen de instellingen voor Jeugdzorg en ggz aan de orde. Ook hier volgt na een schets van de knelpunten en het wettelijk kader een aantal oplossingsrichtingen binnen de Participatiewet.

In hoofdstuk 3 komen belangrijke aandachtspunten aan de orde, die door professionals en ervaringsdeskundigen zijn genoemd als cruciaal. Deze vallen buiten het maatwerk binnen de Participatiewet, maar worden nadrukkelijk genoemd om de reikwijdte van het vraagstuk helder te maken.