Overslaan en naar de inhoud gaan

Pilots inburgering van start tot finish, deel 3: Brede intake en persoonlijk Plan Inburgering en Participatie (PIP)

Laatste update:

7. Pilot Weert

Start: Kansenverkenner speelt een hoofdrol in Midden-Limburg

‘We beginnen op het azc met de brede intake. Allerlei thema’s komen ter sprake. Wanneer iemand zich bijvoorbeeld zorgen maakt over familieleden die nog in het land van herkomst zijn of over financiën, dan kan dat de inburgering in de weg staan’, zegt beleidsadviseur Lilian van Grimbergen van de gemeente Weert.

De brede intake start met een kennismakingsgesprek door een COA-medewerker in het azc. Na koppeling aan de gemeente, voert de kansenverkenner een uitgebreid gesprek met de statushouder waarin hij de bevindingen van de COA-medewerker meeneemt.

De Midden-Limburgse gemeenten werken al sinds 2018 met een kansenverkenner, dé spil tussen de azc’s en gemeenten. ‘Onze ervaringen zijn erg positief’, vertelt Van Grimbergen. ‘De tijd op het azc wordt veel effectiever gebruikt en de contacten met de azc’s zijn verbeterd.’

Ervaringsdeskundige

Een belangrijke rol is hierbij ook weggelegd voor de integratiefunctionaris. Deze ervaringsdeskundige is in dienst van de gemeente Weert en ondersteunt nieuwkomers op het azc in Weert. De kansenverkenner draagt de statushouder ‘warm’ over in een driegesprek (statushouder, kansenverkenner, klantregisseur gemeente) aan de betreffende gemeente en binnen zes weken na huisvesting in de gemeente wordt het PIP vastgesteld door het PIP-team. Vervolgens wordt ook naar zinvolle dagbesteding gezocht, passend bij de te volgen route.

De wensen van de statushouder zijn  – waar mogelijk – leidend.

Het PIP-team bestaat uit statushouder, klantregisseur, VluchtelingenWerk, de welzijnsorganisatie, taalaanbieder en participatiebedrijf Werk.Kom. Van Grimbergen: ‘Afhankelijk van de persoonlijke situatie van het gezin, sluiten andere partijen zoals Algemeen Maatschappelijk Werk of het Centrum voor Jeugd en Gezin aan.’ Een goede samenwerking met lokale partners is volgens de beleidsadviseur cruciaal. ‘Pas dan kunnen we echt maatwerk bieden. In het PIP zijn de wensen van de statushouder – waar mogelijk – leidend.’

Zelfredzaamheid

De statushouder wordt in de eerste zes maanden begeleid door een vrijwilliger van VluchtelingenWerk. De gemeente en partners maken daarbij gebruik van een Zelfredzaamheid-Matrix. Aan de hand van vragen als: Kan de deelnemer zijn of haar financiën zelf regelen? Heeft het gezin voldoende sociale contacten, hoe gaat het met lichamelijke en geestelijke gezondheid? wordt de zelfredzaamheid van de statushouder in kaart gebracht. ‘Wanneer hij of zij na zes maanden nog niet zo hoog scoort, dan wordt de begeleiding met een half jaar verlengd.’

Een ander vast onderdeel van het PIP is het participatieverklaringstraject – bestaande uit workshops op verschillende plaatsen in de gemeenten. Sleutelpersonen zijn hier nauw bij betrokken; zij vormen een brug met de nieuwe woonplaats.

Van Grimbergen is blij met de kansen die de pilot biedt. ‘Het is fijn om ruimte te krijgen om te experimenten. En deze pilot heeft de voorbereiding op de nieuwe wet echt in een stroomversnelling gebracht.’