Overslaan en naar de inhoud gaan

Verslag Divosa Voorjaarscongres 2022

Laatste update:

Eva Rovers ‘Het burgerberaad als oplossing voor beter beleid’

‘Veel mensen zien de overheid niet meer als bondgenoot’, herkent ook schrijver Eva Rovers. Inwoners vinden het moeilijk om te vertrouwen op de overheid, want ze voelen zich niet gehoord. De uitkomst ligt volgens Rovers in het burgerberaad, waar burgers met diverse achtergronden oplossingen bedenken voor maatschappelijke opgaven. ‘Als de overheid vervolgens met die aanbevelingen aan de slag gaat, bouw je aan vertrouwen.’

In het kort

  • Mensen voelen zich niet meer gehoord door de overheid, beleid gaat ‘over hen’ en niet ‘met hen’.
  • Door te werken met burgerberaden benut je de kennis van de diverse samenleving.
  • Het vertrouwen van burgers win je door ook iets te doen met hun aanbevelingen.

‘Veel mensen zien de overheid niet meer als bondgenoot’, herkent ook schrijver Eva Rovers.

Hoe komt het eigenlijk dat mensen de overheid niet meer vertrouwen? ‘De diplomademocratie is een belangrijke reden’, vertelt Rovers. ‘Hoe meer diploma’s je hebt, hoe meer invloed. Beleid wordt bedacht door mensen die theoretisch opgeleid zijn, goed bedoeld, maar door ‘over mensen te denken’ in plaats van ‘met mensen’.’ Natuurlijk kunnen deze beleidsmakers zich wel inleven in mensen die praktisch opgeleid zijn, stelt ze, maar de kans op blinde vlekken is groter.

Ongelofelijk moeilijk

Het gevolg: mensen herkennen zich niet in het beleid, voelen zich niet meer beschermd. ‘Ze hebben het gevoel dat wat zij zeggen er niet meer toe doet.’ Hun vertrouwen in de politiek neemt af, het leidt tot onvrede. ‘Kijk bijvoorbeeld naar de discussie over windmolens’, wijst Rovers. ‘Bewoners hebben het idee dat die molens hen in de maag worden gesplitst. Er worden wel inspraakavonden georganiseerd, maar daar komen altijd dezelfde mensen, met een bovengemiddelde interesse, die hun mening al hebben gevormd. Het is goed dat zij er zijn, maar de samenleving bestaat uit veel meer stemmen. En het is ongelofelijk moeilijk om al die stemmen te betrekken in de besluitvorming.’

De democratie is haar burgers aan het verliezen.

‘De democratie is haar burgers aan het verliezen’, ziet Rovers. Zelfs in het Regeerakkoord worden burgers niet genoemd bij grote opgaven als klimaat, toeslagen, wonen, kansenongelijkheid. Rovers zou zelfs kunnen stellen dat de overheid burgers niet meer vertrouwt. ‘Politici, overheden en bestuurders slagen er simpelweg niet in om burgers te betrekken.’ Wat zou er gebeuren als zij burgers gaan zien als bron van kennis, ervaring en welwillendheid?

Dwarsdoorsnede

Ze wijst op een aantal hoopgevende voorbeelden in andere landen. Neem Ierland, waar een aantal jaar terug een strenge abortuswetgeving gold. Het publieke debat hierover liep hoog op, de politiek durfde geen knopen door te hakken. De uitkomst kwam uit de samenleving. En wel in de vorm van een burgerberaad. Een groep van honderd mensen, tot stand gekomen door loting. En een dwarsdoorsnede van de samenleving, qua opleidingsachtergrond, woonplaats en met diverse standpunten over abortus en wisselende ervaringen met de betreffende wet.

De mensen in het burgerberaad voerden gesprekken, vooral over hun overeenkomsten en gedeelde waarden. Het leidde tot een voorstel om de abortuswet te versoepelen. Na een gevreesd referendum werd de wet zonder grote oproer aangepast. De samenleving was immers betrokken.

Averechts

Een soortgelijk voorbeeld kent Rovers uit Frankrijk, waar een burgerberaad met daarin voor- en tegenstanders van klimaatverandering voorstellen deed voor CO2-reductie. Rovers waarschuwt wel: ‘90 procent van de aanbevelingen die dit burgerberaad deed, heeft het Franse senaat van de hand gedaan. Dat leidde tot nog meer weerstand in de samenleving.’ Een averechts effect dus. ‘Maar het mooie is wel’, vervolgt ze, ‘dat veel landen die in navolging hiervan met burgerberaden startten, ervan leerden: de politiek moet haar beloften kunnen waarmaken.’

Inwoners denken heel constructief mee, als ze maar tijd en ruimte krijgen.

Ook in Nederland zijn burgerberaden gestart. Vooral op lokaal niveau, bijvoorbeeld rond coronamaatregelen. Inwoners denken heel constructief mee, ziet Rovers. ‘Als ze maar tijd en ruimte krijgen. En de verantwoordelijkheid om aanbevelingen te doen waar ook echt iets mee gebeurt.’ Een mooie bijkomstigheid is dat je door loting ook andere mensen bereikt dan die je op inspraakavonden treft.

Dat een burgerberaad spannend kan zijn voor politici of overheden, snapt Rovers. De uitkomst weet je immers niet van tevoren. Maar het begint met vertrouwen, stelt ze. ‘Om dat te herstellen, moet je het geven. En dat geef je als je ook daadwerkelijk iets met de aanbevelingen doet.’

Over Eva Rovers

Op 22 april dit jaar verscheen bij De Correspondent Eva’s nieuwste boek 'Nu is het aan ons. Oproep tot echte democratie'. Sinds 2017 schrijft Eva over manieren waarop gewone mensen zorgen voor buitengewone maatschappelijke veranderingen. Zij ziet hiervoor een belangrijke rol weggelegd voor burgerberaden. Daarom en richtte zij in 2020 mede Bureau Burgerberaad op.

Rovers studeerde cultuurgeschiedenis aan de Universiteit Utrecht en promoveerde aan de Rijksuniversiteit Groningen. Ze schreef de veelgeprezen biografieën van kunstverzamelaar Helene Kröller-Müller en schrijver Boudewijn Büch.