Overslaan en naar de inhoud gaan

Divosa Monitor Vroegsignalering Schulden • Jaarrapportage 2024

Laatste update: 13 april 2025

3. Meldingen

83% van de signalen is onderdeel van een melding en wordt opgepakt. Er zijn verschillende redenen waarom signalen niet worden opgepakt. Onderstaande figuur geeft dit weer.

Het aandeel signalen dat niet binnen de vroegsignalering zelf wordt opgepakt, omdat men al bekend is bij schuldhulpverlening, is beperkt: 3%. Kanttekening daarbij is dat hier alleen de signalen worden meegenomen die via een automatische SHV-controle naar voren komen. Er zijn ook veel gemeenten die later in het proces, tijdens het oppakken van de meldingen/dossiers, erachter komen dat iemand al bekend is bij schuldhulpverlening. In dat geval wordt op dat moment teruggekoppeld aan de vastelastenpartner dat een inwoner al bekend is bij schuldhulpverlening.

Het aandeel van de andere redenen om een signaal niet op te pakken, verschilt niet sterk; het ligt tussen de 21% en 28%. Een signaal wordt als ‘onterecht’ gezien als de gemeente een bepaald drempelbedrag hanteert. In 2024 hanteerde ruim zes op de tien gemeenten een drempelbedrag bij het opvolgen van signalen. Van de gemeenten met een vast drempelbedrag, hanteert de helft van deze gemeenten een bedrag van € 75 of minder. De andere helft heeft een grensbedrag van meer dan € 75.

Bij één op de vijf niet-opgepakte signalen is de oorzaak dat de inwoner niet bekend is in het BRP van de gemeente. Dit is circa 3%-4% van alle signalen. Ook hierbij de kanttekening dat er gemeenten zijn die geen automatische BRP-controle hebben (ongeveer de helft in het voorjaar 2024). Zij kunnen er bij het opvolgen van het signaal achter komen dat iemand niet in de gemeente woonachtig is. Deze signalen komen niet terug bij het onderdeel ‘BRP-uitsluiting’, maar worden gezien als signaal dat is opgepakt.

In de praktijk blijkt de helft van de gemeenten de signalen die uitvallen via de automatische BRP-controle, standaard te controleren. 17 procent doet dit als er genoeg tijd is. Eén op de zes gemeenten met een BRP-koppeling doet niets met de uitgevallen signalen. Tot slot benoemt één op de zes iets anders. Zo noemt een aantal dat zij wel kijken en alleen met een deel van deze signalen wat doen. Ook gebruikt een aantal gemeenten pas net de BRP-koppeling en is het voor hen te vroeg om er iets over te zeggen.

Verbeterinitiatief BRP-controle

In 2024 is er op initiatief van de NVVK een werkgroep ‘BRP-uitval’ gestart, met daarin naast NVVK een aantal gemeenten, Eneco en Vitens, VNG, Divosa, xxllnc sociaal en BKR. In een aantal bijeenkomsten is gekeken hoe het komt dat bepaalde signalen vanwege een BRP-controle onterecht ‘uitvallen’ en hoe we dit kunnen voorkomen. We willen immers voorkomen dat signalen als gevolg hiervan onterecht niet worden opgepakt en de inwoner niet de hulp aangeboden krijgt die wellicht wel nodig is. 

Vijf aandachtspunten voor gemeenten die naar voren zijn gekomen, zijn:

  1. de juistheid van de te verwerken gegevens nagaan;
  2. ‘uitval’ na een geautomatiseerde BRP-check controleren;
  3. een signaal over een overleden inwoner opvolgen;
  4. een signaal over een minderjarige opvolgen;
  5. een verhuizing (‘geen inwoner meer’) terugkoppelen aan de vastelastenpartner.

Lees hier meer over de vijf voorlopige bevindingen van dit verbeterinitiatief. Het verbeterinitiatief wordt in 2025 voortgezet, waarbij onder andere nog gekeken zal worden naar de terugkoppeling van de diverse situaties aan de vastelastenpartners.

Inhoud