Overslaan en naar de inhoud gaan

Divosa Monitor Vroegsignalering Schulden • Jaarrapportage 2024

Laatste update: 13 april 2025

Samenvatting

De jaarrapportage 2024 van de Divosa Monitor Vroegsignalering Schulden geeft een overkoepelend, landelijk beeld van de werkwijze en uitvoering van de vroegsignalering binnen gemeenten in 2024 en de ervaringen van gemeenten met vroegsignalering.

De cijfers in de jaarrapportage zijn afkomstig van:

  • de data uit softwareapplicaties VPS en xxllnc Vroegsignalering (voorheen RIS) van de aan de monitor deelnemende gemeenten (289 in januari oplopend naar 308 in december 2024). De deelnemende gemeenten vertegenwoordigen 94% van de Nederlandse bevolking;
  • een uitvraag onder gemeenten in september 2024 naar hun werkwijze en ervaringen met ontwikkelingen binnen de vroegsignalering. In totaal vulden 158 gemeenten deze vragenlijst in. Zij vertegenwoordigen 56% van de Nederlandse bevolking.

(Tekst gaat verder onder afbeelding)

In 2024: 10% meer vroegsignalen dan in 2023

In 2024 kregen gemeenten gemiddeld 10% meer vroegsignalen van vastelastenpartners dan in 2023. Gemiddeld ontvingen de deelnemende gemeenten in 2024 4,4 vroegsignalen per 1000 inwoners per maand. Dit lag in 2023 op 4 vroegsignalen per 1000 inwoners per maand.

Naast meer vroegsignalen, hebben gemeenten dit jaar ook meer eindeleveringssignalen energie ontvangen. Met deze signalen erbij krijgt een gemeente gemiddeld 4,8 signalen per 1000 inwoners per maand. Omgerekend naar heel Nederland leidt dit tot de conclusie dat er meer dan 1 miljoen signalen van betalingsachterstanden naar de gemeenten zijn gestuurd in 2024 (1.030.000 signalen). 

Meer vroegsignalen water

De stijging in het aantal vroegsignalen komt met name door een stijging in het aantal signalen ontvangen van drinkwaterbedrijven; ten opzichte van 2024 zijn er 85% meer drinkwatersignalen verstuurd. Dit komt omdat een aantal drinkwaterbedrijven, waaronder de grootste speler, zijn overgestapt op maandelijkse facturatie in plaats van een betaling per kwartaal.

Zorgverzekeraars blijven, net als de voorgaande jaren, de meeste vroegsignalen aanleveren; 41% van de signalen is afkomstig van zorgverzekeraars. Dit hoge aandeel wordt onder andere verklaard doordat iedereen in Nederland van 18 jaar en ouder verplicht is een zorgverzekering te hebben die op persoonsniveau wordt afgesloten. Daarnaast is de zorgverzekering één van de eerste rekeningen die niet meer wordt betaald bij beginnende betalingsachterstanden.

Het aandeel van elk van de drie andere branches binnen de vroegsignalering is door het toegenomen aantal drinkwatersignalen inmiddels vergelijkbaar. Ieder levert circa één op de vijf signalen aan.

Ruim 8 op de 10 vroegsignalen wordt opgepakt

83% van de signalen is onderdeel van een melding en wordt opgepakt. De voornaamste redenen waarom een signaal niet wordt opgepakt zijn:

  1. dat de gemeente het als een onterecht signaal ziet, veelal wanneer men de hoogte van de betalingsachterstand te laag vindt (28%);
  2. vanwege het feit dat het om een herhaalde melding gaat (25%);
  3. omdat iemand niet bekend is in het BRP (21%). Bij 3% van de signalen wordt het signaal bij voorbaat niet opgepakt omdat dan al bekend is dat de inwoner bekend is bij schuldhulpverlening en daar verder wordt geholpen.

Per 1000 inwoners zijn er 3,3 meldingen per maand geweest, waarbij één melding kan bestaan uit één of meerdere signalen. Daar komen de meldingen van eindeleveringssignalen nog bovenop.

In totaal omgerekend voor heel Nederland hebben bijna 800.000 adressen in 2024 een hulpaanbod ontvangen vanwege een betalingsachterstand. Dit zijn geen unieke adressen; voor 46% van de meldingen geldt dat er in de afgelopen zes maanden al een melding is geweest op hetzelfde adres.

Meer inzet op verschillende contactvormen

Bijna driekwart van de gemeenten (72%) zet vijf of meer verschillende manieren in om inwoners te benaderen (telefoon, huisbezoek, e-mail, sms/WhatsApp, brief, kaart). Het wordt voor gemeenten ook gemakkelijker om verschillende contactvormen in te zetten, doordat er meer contactgegevens bekend zijn. Hoewel de contactgegevens niet altijd kloppen en de gemeenten het graag nog beter zien, is nu wel bij 77% van de meldingen zowel het e-mailadres als het telefoonnummer van de inwoner bekend.

Bij één op de vijf meldingen wordt inwoner bereikt

Gemiddeld is er bij één op de vijf meldingen naar aanleiding van een vroegsignaal daadwerkelijk contact gelegd met de inwoner. Dit betekent dat een inwoner heeft gereageerd op een brief of e-mail, de deur heeft opengedaan en/of de telefoon heeft opgenomen toen er werd (aan)gebeld. Dit bereikpercentage zelf is gelijk aan 2023. In absolute zin zijn er in 2024 wel meer mensen bereikt, aangezien er meer inwoners met een hulpaanbod zijn benaderd vanuit de vroegsignalering. Het gaat om 14% meer mensen dan in 2023, circa 129.000 inwoners.

Het bereik van meervoudige meldingen waarbij er meerdere signalen op hetzelfde adres in één maand zijn ligt hoger, op 28%. Bij meldingen met minimaal één eindeleveringssignaal wordt 32% van de inwoners bereikt. Dit bereikpercentage lag in 2023 op 30%. Als we de meldingen met vroeg- en eindeleveringsssignalen samennemen, ligt het gemiddelde bereik op 21%.

Factoren die de kans op het bereiken van de inwoner verhogen zijn:

  • Het aantal contactpogingen: bij meldingen met vier of meer contactpogingen wordt 40% van de inwoners bereikt, tegen 16% van degenen met één of twee contactpogingen.
  • Het type contactpoging: een persoonlijke benadering is kansrijker dan uitsluitend een schriftelijke (6%), waarbij de kans op succesvol contact telefonisch weer iets hoger ligt (62%) dan bij een huisbezoek (49%).
  • De hoogte van de betalingsachterstand: hoe hoger de betalingsachterstand, hoe kansrijker.
  • De vastelastenpartner van wie de betalingsachterstand afkomstig is: de kans op het bereiken van een inwoner is bij een signaal van een verhuurder (30%) en energiemaatschappij (25%) hoger dan bij een signaal van een zorgverzekeraar (17%) en drinkwaterbedrijf (10%).
  • De leeftijd: de kans om 45-plussers te bereiken is groter dan mensen die jonger zijn.

Kanttekening hierbij is dat er een voorselectie zit in de werkwijze van gemeenten. Zo kiezen veel gemeenten bij relatief hoge betalingsachterstanden vaak voor een andere, intensievere benaderingswijze dan bij inwoners waar de situatie minder ernstig lijkt. Bovendien combineren gemeenten werkwijzen; zo kan een brief voorafgaan aan een persoonlijke benadering, waarbij het resultaat van de eerdere contactpogingen niet altijd wordt geregistreerd.

Het bereik ligt uiteen tussen gemeenten. De meeste gemeenten, 7 op de 10, hebben intern ook geen streefwaarde. Bij navraag wat een reële ambitie qua bereik is om met z’n allen naar te streven, geeft de helft aan dat 40% een haalbaar bereik is om naar te streven. De andere helft noemt een hoger bereikpercentage.  

35% van het bereik resulteert in acceptatie van hulpaanbod

Van alle inwoners met wie contact is geweest over de aangeboden hulp, is bij 35% ook geregistreerd dat deze hulp heeft geaccepteerd. Deze geregistreerde hulpacceptatie ligt hoger bij eindeleveringssignalen, gemiddeld op 47%. Gezien de toename in het aantal gemelde inwoners met een betalingsachterstand, is het absolute aantal inwoners dat hulp heeft geaccepteerd in 2024 circa 11% hoger dan in 2023.  

Als we kijken naar alle meldingen samen (meldingen met vroeg- en/of laatsignalen) dan wordt bij 37% van de bereikte inwoners ook hulp geaccepteerd. Dit komt neer op een percentage geregistreerde hulpacceptatie van 8% van alle meldingen.

In bijna 8 op de 10 gevallen gaat dit om een quick fix; in de overige gevallen om een verwijzing naar financiële hulpverlening (bijvoorbeeld schuldhulpverlening) of maatschappelijke hulpverlening.

Schuldhulpverlening na vroegsignalering

36% van de gemeenten heeft op dit moment in beeld hoeveel aanmeldingen bij schuldhulpverlening binnen zijn gekomen via vroegsignalering. De meeste gemeenten (58%) hebben niet in beeld of de gemiddelde schuld van personen die via vroegsignalering bij schuldhulpverlening terechtkomen, verschilt van de gemiddelde schuld van degenen die zichzelf aanmelden.

Inhoud