Overslaan en naar de inhoud gaan

Ondermijnende criminaliteit en het sociaal domein: De naïviteit voorbij

Laatste update:

4 Streng liefhebben

Pilot gemeente Tilburg: Puzzelen met signalen in Tilburg-Noord

Ze maken zich zorgen over kwetsbare jeugd in hun wijk, over alleenstaande moeders die niet rond kunnen komen, over patserbakken bij de speeltuinen. Daarbij stond ondermijning tot voor kort nog niet echt op het netvlies bij professionals. Dat verandert langzaam. De bevlogen professionals van het Dichtbijteam in de wijk Vlashof in Tilburg-Noord zien veel en leggen steeds vaker puzzelstukjes bij elkaar.

‘Criminelen hoeven hier helemaal niet zoveel moeite te doen om mensen te ronselen. De armoede is zo groot, mensen zitten om een paar tientjes per maand te springen.’ Maike is buurtbeheerder bij WonenBreburg in de wijk Vlashof in Tilburg-Noord en ze windt er geen doekjes om. Ze weet hoe armoede in Nederland eruitziet. Gezinnen die door de hoge gasprijzen de verwarming niet meer aan durven zetten, die vaste klant zijn bij de Voedselbank en aanmaningen allang niet meer openmaken. Ze kent de alleenstaande moeders die er alles aan doen om hun kinderen een beter leven te geven, maar maakt zich ook zorgen over de kwetsbare jongeren. Over de ‘patserbakken’ die zij bij speelplekken in de wijk ziet staan en waar jeugd omheen hangt. ‘Ik kan het niet hardmaken, maar één plus één is voor mij dan twee.’ 

Mariët van de Laar, buurtondersteuner van ContourdeTwern, knikt instemmend wanneer het over problemen in Vlashof gaat. Gisteren nog was ze bij een gezin met hele trits kinderen. Ze komt er al jaren, heeft de kinderen zien opgroeien. Moeder worstelt met haar gezondheid en spreekt nauwelijks Nederlands. De oudere kinderen zijn volleerde tolken. Over de jongere kinderen komen verontrustende signalen binnen, ze hangen bij vreemde types rond. ‘Dit is de realiteit waar wij dagelijks mee te maken hebben’, zegt Van de Laar. ‘Er speelt vaak van alles in deze gezinnen.’ Maike vult aan: ze ziet ook lachgas steeds populairder worden. Ze kent de jongens met te dure kleding of sneakers. ‘Een enkelband is hier een statussymbool.’

Achter de voordeur

De twee professionals zijn lid van het Frontlijnteam/Dichtbijteam Vlashof. In een omgebouwde garagebox onder een flat van WonenBreburg doen ze nu verhaal over ondermijnende criminaliteit in hun gemeente. In het Dichtbijteam – in meerdere wijken in de stad actief – zitten professionals ‘die achter de voordeur komen’. Naast buurtbeheerders en een buurtondersteuner maken ook een wijkverpleegkundige, een schuldhulpverlener, woonconsulent en cliëntondersteuner deel uit van het team. De medewerkers van de teams signaleren, verbinden en bouwen aan het netwerk in de wijk.

Niet gek dat de gemeente Tilburg Divosa  vroeg om met dit team rondom het thema ondermijning aan de slag te gaan. Niet alleen op sociaal vlak staan in Tilburg-Noord namelijk de seinen op rood. Er zijn ook zorgwekkende signalen over ondermijnende criminaliteit. Zo wonen er relatief veel ‘criminele kopstukken’ in de wijk en het aantal jongeren met een strafblad is in dit deel van de stad eveneens hoog. Procesbegeleider Josje van Doorn begeleidt het team vanuit Divosa: ‘Bij professionals in het team bestaan ook veel zorgen over mensen met een licht verstandelijke beperking die voor criminele karretjes worden gespannen.’

Signalen

Het team deelde tot voor kort voornamelijk signalen op het gebied van eenzaamheid, armoede en gezondheid. Ondermijning stond nog niet echt op het netvlies. Van Doorn begon met intakegesprekken. ‘Toen begonnen belletjes te rinkelen en kwamen de verhalen los. Deze professionals, die heel dicht op de wijk zitten, zien natuurlijk veel en vragen zich bijvoorbeeld af hoe iemand zonder inkomen wel een flat kan huren en volledig kan renoveren.’ Buurtbeheerder Maike: ‘Ik zie nu meer. Ineens vallen me bijvoorbeeld dure wagens op.’ ‘We bespreken nu vaker ook dit soort signalen en wat onze volgende stap kan zijn. De ene keer kan de wijkverpleegkundige wat ondernemen, de andere keer schakelen we het wijkteam in’, zegt buurtondersteuner Van de Laar.

Systeem

Bij een volgende bijeenkomst werd casuïstiek uitgewisseld en zocht het Dichtbijteam antwoord op de vraag: ‘Wat is er nodig om effectief om te gaan met preventie van ondermijning?’ Van Doorn probeert goed te luisteren naar de behoeftes van het team. ‘Dat staat voor mij centraal. Er wordt volgens hen al té veel gepraat en vergaderd. Het moet zo concreet mogelijk.’ Ook het Dichtbijteam loopt tegen het systeem aan, hoort ze.  ‘Organisaties zitten vaak gevangen in de eigen regelgeving waardoor de bedoeling verloren gaat, maar hoe los je dat op? Kijk, deze mensen zijn doeners. Ze zijn gedreven, actiegericht en ook ongeduldig.’

Ze nodigde verschillende professionals uit om bij elkaar te komen. De coördinator Wijkgerichte Aanpak Ondermijning, de teamchef van de politie, de omgevingsmanager Tilburg-Noord. ‘Deels om de kennis over ondermijning te vergroten, deels om te laten zien hoe gemeente en politie in de wijk werken aan de aanpak van ondermijning en hoe preventie en repressie daarin samengaan.’ Het verhaal van de teamchef van de politie maakte indruk. Hij adviseerde bijvoorbeeld de professionals vooral goed te luisteren naar hun onderbuikgevoel. Van Doorn: ‘Als je het gevoel hebt dat er iets niet in de haak is, dan is dat meestal zo. Denk niet te snel dat het niet belangrijk is.’ Omdat het allemaal professionals betrof, werd door de bijeenkomst ook het netwerk binnen Tilburg-Noord versterkt. ‘Het gaat toch vaak om die bekende korte lijntjes.’ 

Als je het gevoel hebt dat er iets niet in de haak is, dan is dat meestal zo

Jonge aanwas

Een ander thema waar Van Doorn mee aan de slag ging was ‘het voorkomen van jonge aanwas’. Over de kwetsbare jongeren in de wijk zijn veel zorgen. Een jongerenwerker van het stedelijk jongerenwerk R-Newt deelde zijn ervaringen en inzichten, de keer daarop was het de beurt aan de wijkagent. Later hoopt Van Doorn ook nog de basisschooldirecteur uit te nodigen. Volgens Van Doorn is het belangrijk om bij deze frontlinieprofessionals dicht op de praktijk te blijven. ‘Dat is voor mij het vertrekpunt, wat komen ze tegen? Ondermijning gaat vaak ook over anders leren kijken, daarom is de casuïstiek-bespreking zo belangrijk. En ook: waar moet ik met dit signaal heen?’

Buurtbeheerder Maike en buurtondersteuner Mariët van de Laar benadrukken hoe belangrijk het is dat ze ook horen wat er met een signaal vervolgens gebeurt. ‘Details zijn niet nodig, maar we willen wel graag een terugkoppeling, zodat we weten dat er een professional mee bezig is.’

Spin

Volgens Van Doorn is er eigenlijk een spin in het web nodig die alle signalen – ook wijkoverstijgend – aan elkaar knoopt rond ondermijnende criminaliteit. ‘Er zijn veel initiatieven in de stad. Het zou heel goed zijn wanneer een onafhankelijk persoon deze signalen op de verschillende niveaus verzamelt en zorgt dat ze op de juiste plek terechtkomen.’

Ze ziet hoe weinig tijd de mensen in de frontlinie hebben. ‘Ik heb enorme bewondering voor deze professionals, ze proberen echt elke dag weer het verschil te maken.’

Inhoud