Overslaan en naar de inhoud gaan

Ondermijnende criminaliteit en het sociaal domein: De naïviteit voorbij

Laatste update:

2 Samenwerking

Themaverhaal: ‘It takes a village to prevent a crime’

Ze weten als geen ander hoe complex de problematiek in kwetsbare wijken in Nederland is. Sociaal werkers in de wijk én bij de Reclassering kennen ‘de straat’. Directeuren Johan Bac van Reclassering Nederland en Lex Staal van Sociaal Werk Nederland over de aanpak van ondermijnende criminaliteit: we hebben meer samenwerking, vertrouwen én een lange adem nodig.

Professionals in de frontlinie weten hoe die giftige mix van armoede, schulden, kansenongelijkheid en gebrek aan perspectief er in de praktijk uitziet en criminelen allerlei kansen biedt. Bac: ‘Alleen met het strafrecht ga je dat niet oplossen, dat is helder. Het strafrecht is geen ‘eerste hulp bij ongevallen’, zoals de politiek het vaak ziet. Nee, het strafrecht is het laatste redmiddel en zeker geen oplossing voor de sociale problematiek die zich de afgelopen tientallen jaren in kwetsbare wijken heeft opgebouwd.’ 

De directeur gelooft ‘heilig’ in langdurige aandacht van allerlei partijen. ‘Van zowel het strafrechtelijk systeem, van het sociaal domein en in toenemende mate geloof ik ook in de informele netwerken, de sleutelfiguren in de wijk. Want laten we eerlijk wezen: veel mensen zijn ook niet meer te bereiken door reguliere instanties. It takes a village to prevent a crime.

Erkenning

Lex Staal noemt het bemoedigend dat het belang van het sociaal werk, vooral het gezins- en jongerenwerk, door de politiek, lokale overheid en politie steeds meer erkend wordt. Juist in de aanpak van ondermijning, voor het afsluiten van de verkeerde afslag. ‘Jongerenwerkers zijn in staat om de verbinding te leggen, zij kennen de jongeren, hun leefwereld.’ Op veel plaatsen in het land zijn jongerenwerkers al nauw betrokken in het driehoeksoverleg om te signaleren dat het met bepaalde jongeren niet goed gaat en om te voorkomen dat jongeren verder afglijden. Staal: ‘Maar we moeten ook realistisch zijn: met het huidige aantal jongerenwerkers en het gebrek aan capaciteit in het sociaal werk, gaan we niet alle verwachtingen waarmaken.’ 

Snijvlak

Het werk van Reclassering Nederland, de onafhankelijke stichting die zich al bijna tweehonderd jaar bekommert om mensen die de verkeerde afslag hebben genomen, bevindt zich op het snijvlak van repressie en preventie. Bac: ‘We hebben gemiddeld zo’n 70 tot 75 duizend mensen onder onze hoede, vier tot vijf keer zoveel als het hele gevangeniswezen in Nederland.’ 

Sinds 2019 vaart de organisatie een nieuwe koers, vastgelegd in de visie ‘Bevlogen teams in buurt en bajes.’ Aan de ene kant is samenwerking met de gevangenissen de afgelopen drie jaar geïntensiveerd, aan de andere kant is de reclassering actief aan de slag in de wijken. Reclasseringswerkers werken hierbij nauw samen met wijkagenten en wijkteams. 

Stok

Bac ziet ook dat Reclassering Nederland lokaal steeds vaker intensiever betrokken wordt bij lokale aanpakken, bij ondermijningsplannen, bij nieuwe initiatieven zoals de wijkrechtspraak in Rotterdam en Eindhoven. ‘De stok achter de deur die wij van de rechter krijgen kunnen we inzetten om te controleren en toezicht te houden én om kansen te creëren. En daar is die samenwerking met gemeenten heel hard voor nodig.’

Gemeenten hebben de verplichting, verduidelijkt Bac, zich in te zetten voor de basisvoorwaarden voor een goede re-integratie. Dit is afgesproken in het bestuurlijk akkoord tussen reclassering, DJI en gemeenten en betreft zaken als werk en inkomen, woning, zorg, ID, hulp bij schulden. 

Hij geeft het voorbeeld van een jongen ‘die actief is in de marge van de georganiseerde misdaad’. ‘Deze jongen wil uit het wereldje stappen en een nieuw leven beginnen. Hij gaat weer naar school, gaat stagelopen en hij krijgt in opdracht van de rechter hulp om herhaling te voorkomen. Maar hoe ga je dat allemaal regelen als 24-jarige beroepscrimineel die het grootste deel van z’n leven in het wereldje heeft gezeten?’

Zijn reclasseringswerker is met hem naar de gemeente gestapt. ‘Met de vraag of er een woonruimte geregeld kon worden los van zijn criminele vrienden. Dat was complex, iedereen zoekt woonruimte, maar het is cruciaal voor zijn stabilisering. De gemeente begreep dat en heeft naast woonruimte geholpen bij het vinden van een stageplek. Bac: ‘Dit voorbeeld laat zien hoe essentieel de samenwerking met het sociaal domein is. Cruciaal om te voorkomen dat zo’n jongen weer terugvalt en nieuwe slachtoffers maakt.’

Samenwerken begint met vertrouwen

Hoewel de roep om meer samenwerking in de wijken luider klinkt, weten de twee directeuren hoe complex dat in realiteit is. ‘Samenwerken is het moeilijkste dat er is’, zegt Staal. ‘Dat begint namelijk met capaciteit zodat professionals hun werk goed kunnen doen, én met vertrouwen. Dat is lang niet meer vanzelfsprekend. Integendeel. Al die inkooprelaties die de afgelopen jaren tussen overheid en zorg en welzijn zijn gesloten, zijn vaak gedreven door wantrouwen. Deze overeenkomsten sluiten van alles uit en vragen heel veel verantwoording. Dan bedoel ik niet dat het gemeentehuis vol zit met wantrouwende mensen, maar het systeem is zo ingericht.’

Om de broodnodige samenwerking in de wijken te organiseren, moet er vertrouwen zijn in de professionaliteit van de mensen in de frontlinie. Staal: ‘En dan moet je niet vragen: kun je even oplepelen hoeveel jongeren je hebt gesproken deze week en hoeveel er weer met school of werk zijn begonnen? Nee, je moet vertrouwen dat deze professional aan de slag gaat, nabijheid biedt en alles probeert om deze jongeren naar het goede pad te leiden. Ga met het sociaal werk echt in gesprek. Ze werken in de haarvaten van de samenleving en weten wat er speelt. Gebruik die kennis.’

Erkenning

Ook collega Bac van Reclassering Nederland pleit voor meer respect en erkenning van de professionals in de uitvoering. ‘Zij hebben vaak last van organisaties en instanties. Ze kunnen zo maar vervreemd raken van de eigen organisatie, want ze moeten nu eenmaal ook onorthodoxe maatregelen nemen en daar is rugdekking voor nodig.’ Dat blijkt gemakkelijker gezegd dan gedaan. ‘Niet het institutionele denkkader of onze eigen bureaucratische systemen moeten leidend zijn maar dat van de professional, en dat levert gegarandeerd spanningen op. Maar als we dat niet doen, raken we deze frontliniewerkers kwijt en zijn we veel minder effectief.’

Bac benadrukt daarbij dat het met een groot deel van de jongeren en jongvolwassen gelukkig goed gaat. ‘Maar de problematiek van een klein deel – de jonge aanwas rondom georganiseerde misdaad, de uithalers in de Rotterdamse haven of drugkoeriers in de stad of die een auto stelen voor een ramkraak – moeten we niet bagatelliseren.’ Staal: ‘De impact die deze groep heeft is wel heel groot, wegkijken is geen optie.’ 

Reclassering in de buurt

Reclassering Nederland probeert crimineel gedrag te voorkomen. Met Reclasseren in de buurt zitten de reclasseringswerkers dichter op cliënten en werken ze nauw samen met wijkteams, politie en andere professionals in de wijk. Movisie onderzocht in het rapport ‘Samen zorgen voor veiligheid’ de resultaten van deze aanpak op negen verschillende plaatsen in Nederland. 

Naast de jongeren. De staat van professional jongerenwerk in Nederland

Het aantal jongerenwerkers is de afgelopen tien jaar gestagneerd. Nederland telde in 2018 1.209 fte aan jongerenwerkers, bemenst door 1.495 professionals. Dat is ongeveer hetzelfde als in 2009, zo blijkt uit dit rapport van het Verwey-Jonker Instituut (2019) in opdracht van Sociaal Werk Nederland. Tegelijkertijd moeten gemeenten – sinds de transitie – veel meer investeren in een sterke sociale basis in de buurten, in preventie en vroegsignalering.

Inhoud