Overslaan en naar de inhoud gaan

Bundel ‘Een radicale omkering in het sociaal domein’

Laatste update:

6 De basis op orde: bouwstenen voor het fundament

Introductie

De basis op orde hebben is een belangrijke voorwaarde om zelfsturende professionals de nodige ruimte en steun te geven. Het op orde brengen van die basis vraagt om aandacht voor kwaliteit in alle denkbare vormen; niet alleen bedrijfsvoering, maar bijvoorbeeld ook culturele aspecten als vertrouwen zijn van doorslaggevende betekenis. In dit hoofdstuk zetten we een aantal bouwstenen op een rij.

Hennie van Deijck en Hidde Brink (beiden Divosa) voerden honderden gesprekken met leidinggevenden in het sociaal domein

De basis in een gemeentelijke organisatie moet op orde zijn, anders kunnen professionals niet ‘doen wat nodig is’, maar plakken zij noodgedwongen pleisters. Of zijn ze voortdurend zoekende in de chaos. Nu vinden doorgewinterde professionals uiteindelijk zelfs in die chaos hun geitenpaadjes nog wel, maar optimaal is het niet.

Hebben we het over ‘de basis’, dan doelen we niet alleen op de bedrijfsvoering, maar op de organisatie in al haar facetten: strategie, leiderschap, informatiemanagement, relationele context, vermogen tot samenwerken en de omgang met complexe vraagstukken. Tot deze bouwstenen behoort ook het koppel ‘hart en ziel’. Want professionals kunnen nooit met hart en ziel het goede doen voor burgers als zij niet zelf óók liefdevol benaderd worden. Vertrouwen (of wantrouwen) is hierbij, zoals in elke relatie, een cruciale factor.

Betere resultaten

‘De basis op orde’ draait om kwaliteit. Om aandacht voor zowel de grote lijnen als voor de details en de afronding. Waarbij het streven niet is: ‘een perfecte staat van zijn die op enig moment te bereiken is’. Er zit namelijk geen einde aan kwaliteit. Daar moet áltijd aandacht voor zijn. En blijven. Net als voor de intrinsieke motivatie om kwaliteit te leveren.

In organisaties waar de aandacht voortdurend uitgaat naar het op orde brengen en houden van de basis, worden betere resultaten geboekt. Dat maken we onder meer op uit de impliciete signalen die we opvingen in de reeks van ‘100 gesprekken’ die we in 2019 en 2020 vanuit Divosa voerden (en waarmee we ook in 2021 doorgaan).

In die aandachtige organisaties zijn mensen open en kunnen ze formuleren waar ze vandaan komen, waar ze nu staan en waar ze naartoe gaan. Er hangt een prettige sfeer, de samenwerking verloopt soepel en er wordt vanzelfsprekender op verandering gereageerd. Problemen worden niet ontkend of weggeschoven, maar tegemoet getreden. De ambitie is er voelbaar om zaken aan te pakken, af te maken en goed te regelen.

Geen blauwdruk

In onze gesprekken klinkt goed het verschil tussen gemeenten door. Van de oprechte ambitie ‘Wij willen het beste doen voor onze burgers – voor hen doen we het immers allemaal – en daar bouwen we stap voor stap aan’, tot ‘het management is in drie jaar tijd al twee keer vervangen, degene die de historie van de organisatie draagt zit er pas anderhalf jaar en de wethouder blijft maar politieke visie op politieke visie stapelen.’

Wat we niet uit al onze gesprekken in het brede sociaal domein kunnen opmaken, is een blauwdruk van de optimale, ideale organisatie. Want geen twee organisaties zijn hetzelfde – cultureel niet, historisch niet en organisatorisch niet – en alles en iedereen is voortdurend in ontwikkeling. Ook uitvoering geven aan een basis die op orde is, is een kwestie van maatwerk en elke organisatie ‘het zijn geven’. De juiste persoon op de juiste plek kan groot verschil maken. 

Richtinggevende principes

Het idee van ‘de basis op orde’ raakt uiteindelijk veel meer aan het verlangen om het goede te doen in een fatsoenlijke samenleving, dan aan een totaalconcept dat SMART te formuleren is. Vanuit deze gedachte hebben we een aantal richtinggevende principes geformuleerd. Deze bouwstenen zijn in de eerdere hoofdstukken van deze bundel al een of meerdere keren voorbijgekomen. In dit hoofdstuk zetten we er nogmaals een paar op een rij.

De bouwstenen die we hier beschrijven zijn overwegingen, waarnemingen en feiten waarmee leidinggevenden en professionals in het sociaal domein hun organisatie en zichzelf kunnen versterken. Afhankelijk van de context van jouw organisatie en afdeling hebben ze meer of minder aandacht nodig. Je herkent ze als het goed is allemaal, maar nogmaals: volledig is deze lijst niet. Aanvullingen zijn zeer welkom, zie ook de discussie en het ABC van de Uitvoering aan het einde van dit hoofdstuk.